· 

Wonderwerker online studiegroep reflectie 2021-01




Werkboek lessen

De lessen van het afgelopen studieblok:


1 januari 2021, een nieuw jaar en een nieuwe start met het werkboek van Een cursus in wonderen. De eerste keer dat ik zo opnieuw begon en dus voor de tweede keer het werkboek ging doen, was er veel innerlijke weerstand. Ik heb dit toch al geleerd, dus waarom zou ik het nu nog een keer moeten doen. Maar al snel merkte ik bij het opnieuw oefenen met de werkboek lessen dat er nu duidelijk een diepere laag werd aangeraakt een aangesproken. Lessen die de eerste keer niet heel veel beweging gaven, maakte nu juist een indruk die weer leidde tot meer inzicht.

 

Zo start ik nu dus voor de achtste keer op 1 januari van een nieuw jaar met les 1 van het werkboek. Laat ik daarbij op voorhand aangeven dat ik hiermee niet een norm wil stellen of aan wil geven dat dit voor iedereen het pad moet zijn. Ik kan slechts onderkennen dat het herhalen van de werkboek lessen, voor mij als pad wordt aangereikt. En het duurt dan ook niet meer lang voordat ik weer bemerk dat een les toch nog een diepere laag belicht. En waar de Cursus schrijft dat zij tot doel heeft om de blokkades weg te nemen voor het bewustzijn van de aanwezigheid van liefde, kan ik dus weer onderkennen, dat er toch nog blokkades zijn.

 

Maar die weerstand van de eerste keer dat ik weer opnieuw begon. Die klacht dat dit leren toch al lang klaar zou moeten zijn. Die onbenoemd drang naar het volbrenging of einde, die wel beschouwd juist een vluchtpoging daarvoor is. Die weerstand, die klacht, die vlucht, die is er niet meer. En zo kan ik dus met vol vertrouwen weer starten met de werkboek lessen vanuit het weten dat ik met dit leren nog meer en nog verder tot mij Zelf kom.


Het afgelopen jaar ging mijn aandacht met het bestuderen van Een cursus in wonderen meer en meer naar de potentie waar de Cursus ons op duidt en waar de Cursus dus ook onze aandacht op wil richten.

 

In hoofdstuk 1 van het tekst wordt deze potentie al meteen aangeduid als Jezus spreekt met deze woorden:

 

Er is niets aan mij wat jij niet kunt bereiken. Ik heb niets wat niet van God afkomstig is. Het huidige verschil tussen ons is dat ik niets ánders heb. Daardoor verkeer ik in een toestand die in jou allen potentieel aanwezig is. (T.1.II.3:10-13)

 

Dit is een potentie die ieder van ons in zich draagt. Met het trekken van mijn aandacht op deze potentie kan ik dan ook niet anders dan bedenken dat mijn leren van het werkboek voor dit jaar zich nog meer hierop richten zal. Onwetend over wat en hoe kan ik daarbij slechts mijn bereidheid geven aan de Heilige Geest, dat hij mij dit jaar tot dit doel leiden zal.

 

En zo beschouw ik dit jaar dus elke les als een stap in deze richting.