Deel I
1. Niets wat ik...zie betekent iets
2. Ik heb alles wat ik...zie alle betekenis gegeven die het voor mij heeft
3. Ik begrijp niets wat ik...zie
4. Deze gedachten betekenen niets
5. Ik voel nooit onvrede om de reden die ik denk
6. Ik voel onvrede omdat ik iets zie wat er niet is
8. Mijn denkgeest is voortdurend bezig met voorbije gedachten
9. Ik zie niets zoals het nu is
10. Mijn gedachten betekenen niets
11. Mijn betekenisloze gedachten laten mij een betekenisloze wereld zien
12. Ik voel onvrede omdat ik een betekenisloze wereld zie
13. Een betekenisloze wereld baart angst
14. God heeft geen betekenisloze wereld geschapen
15. Mijn gedachten zijn beelden die ik heb gemaakt
16. Ik heb geen neutrale gedachten
17. Ik zie geen neutrale dingen
18. Ik ben niet de enige die de gevolgen ervaart van mijn zien
19. Ik ben niet de enige die de gevolgen ervaart van mijn gedachten
20. Ik ben vastbesloten te zien
21. Ik ben vastbesloten de dingen anders te zien
22. Wat ik zie is een vorm van wraak
23. Ik kan ontsnappen aan de wereld die ik zie door aanvalsgedachten op te geven
24. Ik zie niet wat mijn hoogste belang is
25. Ik weet van niets waartoe het dient
26. Mijn aanvalsgedachten zijn een aanval op mijn onkwetsbaarheid
27. Ik wil niets liever dan zien
28. Ik wil niets liever dan de dingen anders zien
29. God is in alles wat ik zie
30. God is in alles wat ik zie, want God is in mijn denkgeest
31. Ik ben niet het slachtoffer van de wereld die ik zie
32. Ik heb de wereld die ik zie bedacht
33. Er is een andere manier om naar de wereld te kijken
34. Ik zou in plaats hiervan vrede kunnen zien
35. Mijn denkgeest is deel van Die van God. Ik ben heel heilig
36. Mijn heiligheid omsluit al wat ik zie
37. Mijn heiligheid zegent de wereld
38. Er is niets wat mijn heiligheid niet kan
39. Mijn heiligheid is mijn verlossing
40. Ik ben als Zoon van God gezegend
41. God vergezelt me, waar ik ook ga
42. God is mijn kracht. Visie is Zijn geschenk
43. God is mijn Bron. Los van Hem kan ik niet zien
44. God is het licht waarin ik zie
45. God is de Denkgeest waarmee ik denk
46. God is de Liefde waarin ik vergeef
47. God is de kracht waarop ik vertrouw
51. (1 - 5)
52. (6 - 10)
53. (11 - 15)
54. (16 - 20)
55. (21 - 25)
56. (26 - 30)
57. (31 - 35)
58. (35 - 40)
59. (41 - 45)
60. (46 - 50)
61. Ik ben het licht van de wereld
62. Vergeving is mijn functie als het licht van de wereld
63. Het licht van de wereld brengt elke denkgeest vrede door mijn vergeving
64. Laat me mijn functie niet vergeten
65. Mijn enige functie is die welke God mij gaf
66. Mijn geluk en mijn functie zijn één
67. Liefde schiep mij als zichzelf
68. Liefde koestert geen grieven
69. Mijn grieven verbergen het licht van de wereld in mij
70. Mijn verlossing komt van mij
71. Alleen Gods verlossingsplan zal werken
72. Grieven koesteren is een aanval op Gods verlossingsplan
74. Er is geen wil dan Die van God
76. Ik sta onder geen andere wetten dan die van God
78. Laat wonderen alle grieven vervangen
79. Laat me inzien wat het probleem is, zodat het kan worden opgelost
81. (61 - 62)
82. (63 - 64)
83. (65 - 66)
84. (67 - 68)
85. (69 - 70)
86. (71 - 72)
87. (73 - 74)
88. (75 - 76)
89. (77 - 78)
90. (79 - 80)
91. Wonderen worden gezien in het licht
92. Wonderen worden gezien in het licht, en licht en kracht zijn één
93. Er woont licht en vreugde en vrede in mij
94. Ik ben zoals God mij geschapen heeft
95. Ik ben één Zelf, verenigd met mijn Schepper
96. Verlossing komt vanuit mijn ene Zelf
97. Ik ben geest
98. Ik aanvaard mijn rol in Gods verlossingsplan
99. Verlossing is mijn enige functie hier
100. Mijn rol is essentieel voor Gods verlossingsplan
101. Gods Wil voor mij is volmaakt geluk
102. Ik deel Gods Wil dat ik gelukkig ben
103. God, die Liefde is, is ook geluk
104. Ik zoek slechts wat mij in waarheid toebehoort
105. Gods vrede en vreugde behoren mij toe
106. Laat ik stil zijn en naar de waarheid luisteren
107. De waarheid zal alle misvattingen in mijn denkgeest corrigeren
108. Geven en ontvangen zijn in waarheid één
109. Ik rust in God
111. (91 - 92)
112. (93 - 94)
113. (95 - 96)
114. (97 - 98)
115. (99 - 100)
116. (101 - 102)
117. (103 - 104)
118. (105 - 106)
119. (107 - 108)
120. (109 - 110)
121. Vergeving is de sleutel tot geluk
122. Vergeving biedt alles wat ik wens
123. Ik dank mijn Vader voor Zijn gaven aan mij
124. Laat me mij herinneren dat ik één ben met God
125. In stilte ontvang ik vandaag Gods Woord
126. Al wat ik geef, is aan mijzelf gegeven
127. Er is geen Liefde dan die van God
128. De wereld die ik zie bevat niets wat ik verlang
129. Voorbij deze wereld is een wereld die ik verlang
130. Het is onmogelijk twee werelden te zien
131. Niemand kan falen die tot de waarheid tracht te komen
132. Ik bevrijd de wereld van al wat ik haar heb toebedacht
133. Ik zal geen waarde geven aan wat geen enkele waarde heeft
134. Laat me vergeving zien zoals ze is
135. Als ik me verdedig, wordt ik aangevallen
136. Ziekte is een verdediging tegen de waarheid
137. Wanneer ik genezen word, word niet ik alleen genezen
138. De Hemel is de beslissing die ik moet nemen
139. Ik aanvaard de Verzoening voor mijzelf
140. Alleen van de verlossing kan worden gezegd dat ze geneest
141. (121 - 122)
142. (123 - 124)
143. (125 - 126)
144. (127 - 128)
145. (129 - 130)
146. (131 - 132)
147. (133 - 134)
148. (135 - 136)
149. (137 - 138)
150. (139 - 140)
151. Alle dingen zijn een weerklank van de Stem namens God
152. De macht om te beslissen is aan mij
153. In mijn verdedigingsloosheid ligt mijn veiligheid
154. Ik ben een van de dienaren van God
155. Ik doe een stap terug en laat Hem de weg wijzen
156. Ik ga met God in volmaakte heiligheid
157. Nu wil ik ingaan tot Zijn tegenwoordigheid
158. Vandaag leer ik te geven zoals ik ontvang
159. Ik geef de wonderen die ik ontvangen heb
160. Ik ben thuis. Angst is hier de vreemdeling
161. Geef me jouw zegen, heilige Zoon van God
162. Ik ben zoals God mij geschapen heeft
163. Er is geen dood. De Zoon van God is vrij
164. Nu zijn we één met Hem die onze Oorsprong is
165. Laat mijn denkgeest de Gedachte van God niet afwijzen
166. Aan mij zijn de gaven van God toevertrouwd
167. Er is één leven, en dat deel ik met God
168. Uw genade is mij gegeven. Nu maak ik er aanspraak op
171. (151 - 152)
172. (153 - 154)
173. (155 - 156)
174. (157 - 158)
175. (159 - 160)
176. (161 - 162)
177. (163 - 164)
178. (165 - 166)
179. (167 - 168)
180. (169 - 170)
181. Ik vertrouw mijn broeders, zij zijn één met mij
182. Ik zal een ogenblik stil zijn en naar huis toe gaan
183. Ik roep Gods Naam aan en de mijne
184. De Naam van God is mijn erfgoed
185. Ik verlang de vrede van God
186. De verlossing van de wereld hangt af van mij
187. Ik zegen de wereld, want ik zegen mijzelf
188. De vrede van God straalt nu in mij
189. Ik voel de Liefde van God nu in mij
190. Ik kies de vreugde van God in plaats van pijn
191. Ik ben de heilige Zoon van God Zelf
192. Ik heb een functie die God me graag vervullen ziet
193. Alles is een les die God me graag ziet leren
194. Ik leg de toekomst in Gods Handen
195. Liefde is de weg die ik in dankbaarheid ga
196. Ik kan alleen mijzelf maar kruisigen
197. Ik kan alleen maar mijn eigen dankbaarheid oogsten
198. Alleen mijn veroordeling verwondt me
201. (181)
202. (182)
203. (183)
204. (184)
205. (185)
206. (186)
207. (187)
208. (188)
209. (189)
210. (190)
211. (191)
212. (192)
213. (193)
214. (194)
215. (195)
216. (196)
217. (197)
218. (198)
219. (199)
220. (200)
221. In vrede zij mijn denkgeest. Laat al mijn gedachten stil zijn
222. God is met mij. Ik leef en beweeg in Hem
223. God is mijn leven. Ik heb geen leven buiten dat van hem
224. God is mijn Vader, en Hij houdt van Zijn Zoon
225. God is mijn Vader, en Zijn Zoon houdt van Hem
226. Mijn Thuis wacht mij. Ik haast me erheen
227. Dit is het heilig ogenblik van mijn bevrijding
228. God heeft mij niet veroordeeld. Ik doe dat evenmin
231. Vader, ik wil me niets herinneren dan U
232. Wees in mijn gedachten, Vader, heel de dag door
233. Vandaag geef ik God mijn leven, opdat Hij het leidt
234. Vader, vandaag ben ik wederom Uw Zoon
235. God in Zijn goedheid wil dat ik ben verlost
236. Ik regeer mijn denkgeest, die alleen ik regeren moet
237. Nu wil ik zijn zoals God mij geschapen heeft
238. Op mijn beslissing rust heel de verlossing
241. Dit heilig ogenblik is het moment van verlossing
242. Deze dag is van God. Het is mijn geschenk aan Hem
243. Vandaag zal ik over geen enkel voorval een oordeel vellen
244. Nergens ter wereld ben ik in gevaar
245. Uw vrede is met mij, Vader. Ik ben veilig
246. Houden van mijn Vader is houden van Zijn Zoon
247. Zonder vergeving blijf ik blind
248. Wat lijdt is geen deel van mij
251. Ik heb niets nodig dan de waarheid
252. De Zoon van God is mijn Identiteit
253. Mijn Zelf is heer en meester van het universum
254. Laat elke stem in mij verstommen, behalve die van God
255. Deze dag verkies ik door te brengen in volmaakte vrede
256. God is vandaag mijn enig doel
257. Laat ik me herinneren wat mijn doel is
258. Laat ik me herinneren dat God mijn doel is
261. God is mijn toevlucht en geborgenheid
262. Laat me vandaag geen verschillen zien
263. Mijn heilige visie ziet alles als zuiver
264. Ik ben omring door de Liefde van God
265. De zachtaardigheid van de schepping is al wat ik zie
266. Mijn heilig Zelf woont in jou, Zoon van God
267. Mijn hart klopt mee in de vrede van God
268. Laat alles zijn precies zoals het is
271. Het is de visie van Christus die ik vandaag gebruiken wil
272. Hoe kunnen illusies Gods Zoon voldoening schenken?
273. De stilheid van Gods vrede is mijn deel
274. Vandaag behoort aan liefde toe. Laat me niet bang zijn
275. Gods helende Stem beschermt alles vandaag
276. Het is mij gegeven Gods Woord te spreken
277. Laat mij Uw Zoon niet binden door wetten die ik heb gemaakt
278. Als ik gebonden ben, is mijn Vader niet vrij
281. Niets kan mij pijn doen behalve mijn gedachten
282. Ik zal vandaag niet bang voor liefde zijn
283. Mijn ware Identiteit woont in U
284. Ik kan kiezen alle gedachten die pijn doen te veranderen
285. Mijn heiligheid straalt vandaag helder en klaar
286. De stilte van de Hemel omhult vandaag mijn hart
287. Mijn doel bent U, mijn Vader. U alleen
288. Laat me vandaag mijn broeders verleden vergeten
8. Wat is de werkelijke wereld?
291. Dit is een dag van stilheid en vrede
292. Een gelukkige afloop staat voor alles vast
293. Alle angst is voorbij, en hier is louter liefde
294. Mijn lichaam is iets volkomen neutraals
295. De Heilige Geest kijkt vandaag met mijn ogen
296. De Heilige Geest spreekt vandaag met mijn stem
297. Vergeving is het enige geschenk dat ik geef
298. Ik houd van U, Vader, en ook van Uw Zoon
301. En God Zelf zal alle tranen wissen
302. Waar duisternis was, zie ik het licht
303. De heilige Christus is vandaag in mij geboren
304. Laat mijn wereld de visie van Christus niet vertroebelen
305. Er is een vrede die Christus ons verleent
306. De gave van Christus is al wat ik zoek vandaag
307. Tegenstrijdige wensen kunnen mijn wil niet zijn
308. Dit ogenblik is de enige tijd die er is
10. Wat is het Laatste Oordeel?
311. Ik beoordeel alles zoals ik wil dat het is
312. Ik zie alles zoals ik wil dat het is
313. Laat nu een nieuwe waarneming tot mij komen
314. Ik zoek een toekomst die van het verleden verschilt
315. Alle geschenken die mijn broeders geven, horen mij toe
316. Alle geschenken die ik mijn broeders geef, zijn de mijne
317. Ik volg de mij aangewezen weg
318. In mij zijn middel en doel van de verlossing één
321. Vader, mijn vrijheid is in U alleen
322. Ik kan slechts opgeven wat nooit werkelijk was
323. Ik breng graag het 'offer' van de angst
324. Ik volg slechts, want ik wil niet de leiding
325. Al wat ik denk te zien, weerspiegelt een idee
326. Ik ben voor eeuwig een Gevolg van God
327. Ik hoef slechts te roepen en U geeft me antwoord
328. Ik kies de tweede plaats om de eerste te verwerven
331. Er is geen conflict, want mijn wil is die van U
332. Angst bindt de wereld. Vergeving maakt haar vrij
333. Vergeving beëindigt hier de droom van conflict
334. Vandaag maak ik aanspraak op de gaven van vergeving
335. Ik kies ervoor mijn broeders zondeloosheid te zien
336. Vergeving laat me weten dat denkgeesten verbonden zijn
337. Mijn zondeloosheid beschermt me tegen alle kwaad
338. Ik ondervind uitsluitend de gevolgen van mijn gedachten
341. Ik kan slechts mijn eigen zondeloosheid aanvallen, en alleen die is het die mij geborgen houdt
342. Ik laat op alles vergeving rusten, want zo wordt vergeving mij geschonken.
343. Er wordt van mij geen offer gevraagd om Gods genade en vrede te vinden
344. Vandaag leer ik de wet van de liefde: wat ik mijn broeder geef is mijn gave aan mij
345. Vandaag bied ik niets dan wonderen aan, want ik wil graag dat ze to mij terugkeren
346. Vandaag omhult Gods vrede mij, en vergeet ik alles, behalve Zijn Liefde